De rozijnen, krenten, kleingesneden sukade & oranjesnippers twee dagen van tevoren in de rum laten weken (kommetje afdekken, anders verdampt de rum). De boter zachtroeren en de gezeefde bruine basterd er goed doorheen roeren. Dit kan ook met de handmixer. Dan één voor één de eieren erdoor kloppen. Pas als één ei helemaal weggeroerd is, mag het volgende ei erbij. De bloem met het zelfrijzend bakmeel, koekkruiden en wat zout zeven en door het eerste mengsel roeren. Tot slot de vruchten met de rum eraan toevoegen. Het deeg in de beboterde en met paneermeel bestrooide bakvorm doen – hiervoor liefst een vierkante vorm gebruiken of anders een ronde. Deze op de onderste richel van de matig warme oven – 150 C – schuiven. Baktijd 1,5 à 2 uur. Met een breinaald erin prikken; als deze er droog uitkomt, is de christmascake klaar. De vruchtencake op een taartrooster laten afkoelen. Eventueel kan de christmascake gegarneerd worden met eiwitglazuur – dat is dan écht Engels: 250 g gezeefde poedersuiker gladroeren met 1 eiwit en dit erover schenken. Wat rood musketzaad of zilverpilletjes erover strooien als het glazuur nog zacht is. het bewaren van de christmascake is even een weetje, aluminiumfolie met rum besprenkelen, de cake daarin verpakken en dan de koelkast in.