Lees eerst: materialen - 2. Haal dan de pan van vuur. Splits de eieren en doe de dooiers bij de boerenkool, roer ze er snel en krachtig door, ze mogen niet stollen. Klop met een snuf zout de eiwitten in een vetvrije kom bijna stijf. Vet met de rest van de boter de ovenschotel in. Vouw nu de eiwitten met een metalen lepel door het boerenkoolmengsel, liefst met stevige, ruime slagen, want dan blijft er maximaal lucht in het eiwit en wordt de soufflé luchtiger. - 3. Doe alles over in de ovenschotel, maar laat ongeveer 5 centimeter ruimte bovenaan, die is voor het rijzen. Als u individuele soufflépotjes heeft, oogt dat heel feestelijk, maar dan heeft u boerenkool over. Serveer het dan als een voorgerecht met bijvoorbeeld een gevulde witlofsalade na. - Zet de soufflé in de oven en laat hem in 45 minuten garen. Open de oven niet tijdens dit proces. Hopelijk heeft u een raampje om doorheen te kijken in de ovendeur, anders is het gokken. - 4. De soufflé kan niet tegen lucht en zakt in als u tussendoor even wilt kijken. Laat iedereen al aan tafel zitten als u de soufflé binnenbrengt, dan is het effect het mooist. - En dan maar snel aanvallen, voor hij inzakt! Lekker met stokbrood of boerenbrood en een goede fles rode Roussillon Villages erbij. Lucette Faber, wijnschrijver en culinair journalist