Verwarm de oven voor op 200 graden. Vet de bakvorm in met olie. Bekleed de vorm met het bakpapier en vet ook dat licht in. Schil de aardappelen en snijd ze in dunne plakjes. Kook ze in water met zout in circa 15 minuten beetgaar. Giet de aardappelplakjes af en laat ze iets afkoelen. Smelt de boter en meng de afgekoelde boter door de crème fraîche en de honing. Klop de eieren los en meng de tijm en de geraspte kaas erdoor. Meng het eiermengsel door de crème fraîche. Schep de aardappelplakjes en het eimengsel in de bakvorm. Strijk de bovenkant glad. Bak de aardappeltaart 30 tot 35 minuten in het midden van de oven totdat de bovenkant goudbruin is. Laat de taart iets afkoelen in de vorm en snijd in stukken.