DEEG: 250 gram zelfrijzend bakmeel * 250 gram witte basterdsuiker * 100 gram boter * 1 ei * 1 zakje vanillesuiker * snufje zout * VULLING: 4 appels * 100 gram rozijnen * kaneel * vanillesuiker * BANKETBAKKERSROOM: 2 eierdooiers * 2 zakjes vanillesuiker * 40 gram kristalsuiker * 25 gram bloem * 1/4 liter melk. Hulpmiddelen: Taartvorm van 24 cm. Voorbereiding: Bereidingswijze: Verwarm de oven voor op 200 graden. Wel de rozijnen in een schaaltje warm water. Schil de appels en snijd ze in kleine stukjes. Doe ze in een kom en strooi de vanillesuiker en kaneel erover. Laat dit even staan. Meng voor de room de 2 eierdooiers, 2 zakjes vanillesuiker, kristalsuiker en bloem met een klein scheutje melk. Roer dit goed door elkaar. Breng de rest van de melk aan de kook. Roer van het vuur af het mengsel van de eierdooiers erdoor. Roer dit goed en breng het weer aan de kook. Zorg dat het niet gaat klonteren. Laat het afkoelen. Meng het zelfrijzend bakmeel, de basterdsuiker, 1 zakje vanillesuiker, zout en ei in een grote beslagkom door elkaar. Voeg de boter toe en snijd de boter (in de beslagkom) met 2 messen in kleine stukjes, net zolang tot alle boter goed verdeeld is en er kleine brokjes meel ontstaan. Vet een taartvorm in met boter. Verdeel 2/3 van het deeg over de taartvorm. Verdeel het goed over de bodem en zorg dat er ook een randje ontstaat. Giet de room over het deeg. Strooi de appelvulling erover. Strooi als laatste het resterende deeg erover. Bak de taart in 1 uur gaar op stand 4-5, 200 graden, tot de taart bruin is. Serveertips: