Roken op de barbecue

Op een barbecue met deksel kun gemakkelijk vlees, vis of groenten warm roken. Dat betekent dat je vlees, vis of groente rustig gaart, terwijl het een lekker rooksmaakje krijgt.

Indirecte hitte
Om goed te kunnen roken, gebruik je de indirecte hitte van de barbecue. De rook heeft namelijk tijd nodig om smaak af te geven. Als je vlees, vis, of groente direct boven de hete kolen legt, dan gaart het te snel en komt er maar weinig rooksmaak bij. Garen met indirecte hitte betekent dat de ingrediënten niet rechtstreeks boven de hete kolen liggen. Om dat voor elkaar te krijgen schuif je de kolen, als ze gloeiend heet zijn, naar 1 kant van de barbecue. Zo ontstaat er een hete kant en een minder hete kant op de barbecue.

Aluminium schaal
Als je vlees, vis of groente wilt roken en garen, dan leg je ze dus op het minder hete gedeelte van de barbecue. Producten die door de hitte gaan druipen, bijvoorbeeld vlees met een vetrand, kun je het best in een aluminium schaal of op een dubbel vel aluminiumfolie leggen. Vouw dan de randjes omhoog zodat er een soort bakje ontstaat.

Roken
Om te kunnen roken gooi je wat in water geweekte houtsnippers op de hete kolen. De snippers zullen gaan roken en dat is het moment om de deksel op de barbecue te doen. Rook kan namelijk alleen maar smaak afgeven als het niet goed kan ontsnappen.

Bij ingrediënten die langer moeten garen of waarvan je wilt dat ze een intensere rooksmaak krijgen, kun je na een tijdje opnieuw rooksnippers toevoegen.