Begin met het weken van de rijstnoedels: dat duurt een minuut of 10. Maak ondertussen de saus voor de pad thai. Belangrijk is vooral dat er een goede balans is tussen zout (vissaus), zoet (tamarinde en suiker), zuur (limoen) en pittig (chili). De beste volgorde om te wokken is als volgt: begin met het vlees, de garnalen of tofu in een hete wok in wat arachideolie en voeg een paar eetlepels van de saus toe. Voeg knoflook toe en losgeklopte eieren. Bak de groenten mee, giet de rest van de saus erover, doe de noedels erbij en bak nog even mee. Serveer met pinda’s, een partje limoen en verse kruiden zoals koriander.

De basis van pad thai zijn in een wok gebakken rijstnoedels, dus die moeten hoe dan ook in je boodschappenmandje liggen. Vanaf daar kun je het helemaal aanpassen aan je eigen smaak. Qua groenten zijn paprika, wortel, peultjes, witte kool of spitskool, paksoi en taugé goede opties, hoewel de oorspronkelijke versie vaak met minder groente is: meestal alleen taugé en bosui. Lekker is om tofu, kip of garnalen mee te wokken, en een paar losgeklopte eitjes. Je kunt het ei weglaten en alleen tofu toevoegen voor een vegan versie. Vervang de vissaus dan door wat sojasaus.