Gratin van knolselderij met komijnekaas en zuurkool

Een knolselderijgratin met maar 5 ingrediënten? Daar heb je ‘m! Ovenschotels zijn altijd goed, vooral als het een gratin is. Deze versie met knolselderij, kruidenzuurkool, komijnekaas en vegan spekjes is perfect voor een koude avond. Wij zijn fan, van deze gratin. Nu jij nog!

INGREDIËNTEN
650 g knolselderij
1/2 zakje selderij (à 40 g)
520 g kruidenzuurkool (pakje)
150 g Zaanlander jong belegen komijn plakken
30 g roomboter
90 g vegan spekjes (schaal 160 g)

Keukenspullen
ovenschaal (20 x 30 cm, ingevet)

Knolselderij en kaas snijden
Verwarm de oven voor op 180 °C. Schil de knolselderij, snijd in parten en snijd in zo dun mogelijke plakjes. Heb je een keukenmachine (of mandoline)? Dan kun je daarin makkelijk dunne plakjes snijden. Snijd de selderij fijn, meng de helft door de zuurkool en verdeel over de ovenschaal. Snijd de plakken kaas in de lengte in 4 repen en verdeel afwisselend met de knolselderij dakpansgewijs over de zuurkool.

Knolselderijgratin maken
Verdeel de boter in vlokjes over de knolselderij en bestrooi met peper en eventueel zout. Bak de gratin in ca. 55 min. in het midden van de oven goudbruin en gaar. Dek eventueel af met aluminiumfolie als de gratin te donker wordt. Snijd ondertussen de vegan spekjes fijn, meng met de rest van de selderij en verdeel na 45 min. over de gratin. Bak nog 10 min. in het midden van de oven.